Karin luistert naar de schaterende lach
die van buiten komt. Ze duwt een kussen over haar hoofd om het even niet te
horen. Ze is met kleren en al op één van de bedden gaan liggen. Zelfs haar
schoenen heeft ze nog aan. Schoenen die ze vorige week in een opwelling heeft
gekocht. Met een veel te hoge hak, dat was erg wennen met autorijden, en in een
voor haar doen opzichtige kleur rood. “Wat heb jij nou aan?” had Jacob
complimenteus tegen haar gezegd. Eigenlijk had ze al spijt van de aankoop toen
ze ermee door de winkelstraat naar haar auto liep. Maar nu, na die opmerking
van haar geliefde, weet ze zeker dat ze ze houdt en dat ze ze zoveel mogelijk
gaat dragen. Het zijn haar schoenen van voor ze het knobbeltje ontdekte, van
voor haar bezoek aan de huisarts en de doorverwijzing naar het ziekenhuis. Ze
zal ze het hele weekend dragen: bos, stad, stappen, tot de blaren op haar
voeten staan. Jacob weet het trouwens niet, van haar toetreding tot de medische
molen. Hij denkt dat ze gewoon druk is met haar werk, in besprekingen zit met
klanten of toeleveranciers. Ze had het gelijk moeten zeggen toen ze het plekje
in haar borst voelde, maar ze wilde hem niet ongerust maken. En ze kan het nu
toch ook niet zomaar over de telefoon doen? Bovendien weet ze nog steeds niets.
Pas na dat onderzoek van volgende week wordt duidelijk of ze getroffen is door
iets kwaadaardigs. Als ze daar aan denkt, krijgt ze het Spaans benauwd. Zie je
wel dat het stom was om toch met de meiden op stap te gaan.
“Ik snap niet waar Karin blijft. Er waren
toch geen files?” zegt Tara, terwijl ze een koffiemok aan Sylvia geeft. Els
pakt zelf een mok van het Delftsblauwe dienblad. Hier was Tara niet op bedacht
en het blad raakt uit het evenwicht met de laatste mok er nog op. Net op tijd
weet Tara de zwieper op te vangen. Er klotst uiteindelijk maar een klein beetje
koffie uit de beker. Tara kijkt verbaasd op van haar eigen snelle
reactievermogen. “Zagen jullie dat?” Maar het is niemand opgevallen hoe handig
ze ineens was. Jammer. “Oh, maar ze is er al lang, hoor! Karin. Ik heb haar
zelf naar binnen zien gaan,” zegt Sylvia “Wat raar dan dat ze nog niet naar ons
toe is gekomen,” vindt Tara, terwijl ze met haar mok in haar ene hand het
dienblad met de andere neerzet. “Ze zal wel nog even achter de laptop zijn gaan
zitten,” verwacht Els. De vriendinnen halen hun schouders op. Dat zal dan wel
weer. “Zo, nou dat met de kat is geregeld, hoor! Eén belletje en het was voor
elkaar. Wat kan een mens zich toch druk maken om niks," zegt Tara.
"Inderdaad," mompelt Sylvia. "Wat hebben we het toch goed hè?!”
Tara moet er van zuchten. Ze zitten met zijn drieën naast elkaar op een houten
tuinbank te genieten van de zon op hun gezicht. “Wat was er eigenlijk met Iris?”
vraagt Tara onschuldig. “Oh, shit, die zit vast nog steeds in haar eentje op de
koude vloer,” zegt Els. Geschokt kijkt Sylvia naar haar. "Dat meen je toch
niet, hè?" en ze staat snel op. Ze kijkt boos naar Els als ze naar de deur
loopt en zucht. Natuurlijk is zij weer degene die moet controleren of ze niet
als koud en stijf op de badkamertegels ligt. Els haalt trekt haar wenkbrauwen
verontschuldigend op naar Tara.
“Iris, waar zit je dan?” Sylvia kijkt ongerust
om zich heen in de saunaruimte ”Hier.” Iris roept vanonder de douche. Ongerust
kijkt Sylvia naar binnen. “Ik had het zo vreselijk koud gekregen. Ik moest echt
even opwarmen. Kun je mij die handdoek even aangeven?” Sylvia pakt een grote
handdoek van het rek. “Kom, dan zal ik je even lekker afdrogen.” Beschaamd
kijkt Iris naar Sylvia terwijl ze onder de douche vandaan stapt. “Nee, joh, dat
is echt niet nodig. Geef maar.” Iris reikt naar de handdoek, maar Sylvia houdt
het buiten haar bereik. “Wel waar, stel je niet zo aan. Ik bijt niet!” Dan
geeft Iris op en laat zich gewillig afdrogen. Ze krijgt er rillingen van. De
enige die haar zo mag aanraken is hij. Zal zij hem straks ook zo moeten
afdrogen? Zou hij erg vermageren door zijn ziekte? Wat zal zij voelen bij het
afdrogen? Medelijden? Afkeer misschien? Angst? “Ach meid, je trilt helemaal.
Kom hier!” En Sylvia drukt Iris met de handdoek tussen hen in stevig tegen haar
aan. Dan houdt Iris het niet meer. Ze snikt het uit en weet: ze moet het iemand
vertellen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten